Grote auto-ego’s

Wat is dat toch met sommige mannen en hun grote auto-ego’s? Ze kunnen maar niet accepteren dat ook vrouwen aan autosport deelnemen en dat vrouwen toch ook echt mannen kunnen verslaan op het circuit. Woest worden ze als dat gebeurd. Waar komt dit Bokito-gedrag vandaan?

Wat is dat toch met sommige mannen en hun grote auto-ego’s? Ze kunnen maar niet accepteren dat ook vrouwen aan autosport deelnemen en dat vrouwen toch ook echt mannen kunnen verslaan op het circuit. Woest worden ze als dat gebeurd. Waar komt dit Bokito-gedrag vandaan?

Toen ik in een kartwedstrijd tweede werd, door in de laatste bocht van de race de nummer drie in te halen, stapte de coureur in kwestie briesend uit zijn kart om verhaal bij mij te gaan halen want dat kon toch echt niet?! Hij lag zeker twee rondes voor. Er moest een fout zijn gemaakt in het tijdssysteem, of  ik was voorgetrokken,  of er was iets anders, want dit kon in elk geval niet!

Ik probeerde hem kalm uit te leggen dat er echt geen fout was gemaakt. En dat hij dat non-verbaal gezwaffel achterweg kon laten. Maar wat ik ook zei, hij was niet voor rede vatbaar. Stampvoetend zette hij koers naar de raceleiding om daar verhaal te halen. Maar ook daar kreeg hij nul op het rekest, want er was niets mis. Hij was derde en bleef derde.

In mindere mate kom ik dit gedrag ook tegen op de openbare weg. Mannen die op de rechter rijbaan harder gaan rijden als ik ze links wil inhalen, of bij het verkeerslicht nog net niet met piepende banden wegtrekken. Zowel mijn auto als ik stralen geen agressiviteit uit. Zeg nou zelf, een Seat Mii is toch heel schattig? De persoon in de auto is ook geen doorslaggevende factor want navraag bij andere vrouwen die even schattige auto’s rijden leert dat zij hetzelfde ervaren.

Waar ik me ook over verwonder is de man met de supercar. Die heeft kennelijk iets te bewijzen. Bij het verkeerslicht komt hij nogal opvallend en overdreven bij me naar binnen kijken. Hij denk dat hij heel sexy naar me kijkt, maar ik denk toch echt dat hij moet poepen. Als ik dan de fout maakt om terug te kijken, gaat het raampje naar beneden en roept hij zoiets als: ‘Hey schatje, mag ik je telefoonnummer, dan neem ik je mee voor een ritje.’ Ik antwoord dan dat hij terug moet komen als hij een auto met meer peekaatjes heeft. Dit resulteert gegarandeerd in een transformatie van afgewezen blik naar woeste blik en vervolgens een donderend motorgeroffel bij het optrekken als het verkeerslicht op groen springt (waar ik dan weer blij mee ben).

Maar gelukkig hebben niet alle mannen  gigantische auto-ego’s. Met name de ‘metromannen’ – je weet wel goed verzorgd: gevoelig en gek op vrouwen –  hebben hier weinig tot geen last van zijn. Als ik ze in een racewedstrijd versla komen ze naar me toe om me te feliciteren, ze laten mij gewoon op de linkerrijbaan inhalen. En als er een metroman in een supercar  bij een verkeerslicht naast me staat geeft hij me een knipoog en rijdt weer rustig verder. Laten zij die andere mannen even leren hoe het wel moet.

Comments

comments

More from Evelin Dorssers
Het tankdopmysterie
Ping! Een oranje benzinetank lampje kijkt me fel aan. Ojee, nog 80...
Read More
Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *