“Nee, ik rij wel schat, anders word ik misselijk”. Dit zeg ik regelmatig tegen mijn vriend als ik weet dat we weer met zijn zompige Volkswagen Slowmotion op pad gaan. Dit zegt natuurlijk (n)iets over het rijgedrag van mijn vriend of het merk Volkswagen – kuch – maar meer over mijn gezondheid. Wagenziekte. En ik heb er last van. Hoewel een derde van ons lijdt aan wagenziekte, weten wetenschappers nog steeds niet precies wat de oorzaak is. Wat we wel weten is dat het wordt veroorzaakt door onregelmatige, schommelende bewegingen. Je wordt duf, gaat gapen en je buik schreeuwt: ´Stop die auto!´
Net als een normale verkoudheid is het schijnbaar een eenvoudig probleem waar je even ‘doorheen ’ moet en is er nog steeds geen echte remedie. In de meeste gevallen is wagenziekte gelukkig niet blijvend. Zodra je uit de auto stapt, is de misselijkheid vaak snel weer over. Sommige mensen houden er wel een paar uur lang een beetje een zeurderig gevoel in hoofd of buik aan over, maar echt misselijk zijn ze dan niet meer.
En als je denkt dat alleen bijrijders in een auto hier last van hebben, nope. Ook in het vliegtuig of in een bioscoop kun je terstond last krijgen van ‘wagenziekte’. Zelfs astronauten die net gelanceerd zijn houden het niet altijd droog. Maar hoe werkt ‘wagenziekte’ nou precies in het lichaam? Waarom hebben vrouwen hier meer last van dan mannen? En wat kun je er tegen doen?
Rose Eveleth legt in een leuke TEDEd-video helder uit wat er gebeurt in ons lichaam als we de wagenziek worden. Leerzaam!