De Kia Sorento PHEV heeft een serieuze glow-up gekregen, met een strak nieuw design dat duidelijk is geïnspireerd op de Kia EV9. Met zijn imposante uitstraling, zee van ruimte binnenin en krachtige hybride aandrijving lijkt de Sorento dé perfecte metgezel voor een reis naar Italië.
Hoe presteert deze plug-in hybride SUV op de drukke autostrada, in dorpjes met krappe weggetjes en op kronkelende bergwegen in de Alpen? Zoals je misschien weet, woon ik parttime in bella Italia. Voor mij is een autotest pas echt geslaagd als het een reistest is. Een auto moet niet alleen praktisch zijn voor het dagelijkse woon-werkverkeer, maar ook tijdens vakanties of als veredelde verhuiswagen. Ruimte, comfort en een vleugje verwennerij zijn dan onmisbaar om ontspannen op de eindbestemming aan te komen. Een lange roadtrip is dus dé manier om een auto echt op de proef te stellen. Pas wanneer je hem volstouwt met spullen, familie én de landsgrenzen oversteekt, leer je een wagen door en door kennen.
Looks
Dit is de eerste grote facelift van de Sorento in vier jaar. Aan de buitenkant springen de nieuwe koplampen, achterlichten en de hoekige grille meteen in het oog. Kia heeft zich daarbij laten inspireren door de Telluride (only in Amerika) en de volledig elektrische EV9, hier wél te koop én winnaar van de WWCOTY 2024 award. Deze nieuwe look zorgt voor een uniform design binnen de SUV-lijn van het Zuid-Koreaanse merk.
Het meest opvallend vind ik de intense grille en de robuuste motorkap, die beide vloeiend overlopen in de bovenrand van de strakke LED-koplampen. Het resultaat? Een SUV die er écht als een SUV uitziet, een sloep waar je niet mee spot. Aan de achterkant valt de vernieuwde Sorento op door de dubbele achterlichten, die stijlvol met elkaar verbonden zijn via een lijn aan de bovenzijde.
Drive
Kia gaat elektrisch de komende jaren, en dus ook de Sorento, al is het voorlopig nog hybride. De plug-in hybride die ik reed, is in Nederland de enige keuze. Met 252 pk onder gas- en stroompedaal heb ik weinig te klagen. Onder de motorkap werken een 1,6-liter benzinemotor en een elektromotor samen, waarbij de kracht via een zestraps automaat naar alle vier de wielen wordt gestuurd. Dat zorgt voor veel grip, zowel op de snelweg als op bochtige bergwegen.
De energie voor de elektromotor komt uit een batterij van 13,8 kWh. Niet enorm groot, wat resulteert in een bescheiden elektrische actieradius van zo’n 55 kilometer. Toch is dit voldoende voor dagelijkse korte ritten volledig elektrisch. In Italië gebruikte ik de elektrische range vooral om van dorp naar dorp te komen. Tijdens mijn rit in de bergen presteerde de hybride aandrijving opvallend goed. De elektromotor gaf net dat extra duwtje bergop, terwijl regeneratief remmen de accu hielp opladen bij lange afdalingen. Hierdoor viel het elektrische rijbereik uiteindelijk allesbehalve tegen.
Wil je zelf schakelen? Dat kan, met de stijlvolle, verchroomde schakelflippers aan het stuur. In de Kia Sorento laat je de ouderwetse pook voor wat ‘ie is en gebruik je een chique draaiknop om moeiteloos te schakelen tussen Drive, Neutral en Reverse. Het ziet er niet alleen strak uit, maar werkt ook nog eens perfect.
Voor de rijmodi is er nóg een draaiknop. Hiermee switch je eenvoudig tussen Eco, Sport of Smart, waarbij elk profiel niet alleen het rijgedrag, maar ook de stuurbekrachtiging aanpast aan jouw voorkeuren en de omstandigheden. Wil je het avontuur opzoeken? Geen probleem, de Sorento is helemaal in z’n element off-road.
Tijdens onze zoektocht naar ‘Verlaten Berghuisjes In De Zon Voor Onder Een Ton’ in de Alpen kwamen de rijmodi Mud, Snow en Sand als back-up goed van pas. Het systeem optimaliseert automatisch de aandrijflijn en verdeelt het koppel precies waar nodig. De Terrain Mode gaat nog een stap verder door ook de schakelmomenten van de automaat aan te passen voor maximale grip. Wat we ook tegenkwamen, de Sorento bleef koel (ik iets minder bij tegenliggers op smalle bergweggetjes. Want ja, de Sorento is groot, maar voelt niet per se té groot om te handelen).
Drive (vervolg)
Dat de Sorento ondanks zijn grootte niet log aanvoelt, komt mede doordat ik de bestuurdersstoel op “standje buschauffeur” kon instellen. Hierdoor had ik perfect zicht op de weg voor me. De samenwerking tussen de elektromotor en benzinemotor is daarnaast vlekkeloos. De plug-in komt verrassend vlot op gang, schakelt soepel tussen aandrijvingen of combineert ze voor hybride prestaties.
Ook qua rijgeluid scoort de Sorento punten. Op wat wind- en bandengeluid na is de cabine uitstekend geïsoleerd. Hoewel hij geen uitgesproken sportieve SUV is, biedt de Sorento een soepel rijgedrag en genoeg vermogen om vlot in te halen. Het weggedrag voelt stabiel en betrouwbaar, zelfs bij hogere snelheden. De remmen voelden wat zacht en minder geleidelijk aan voor een nieuwe auto, wat even wennen was.
Tijdens mijn roadtrip naar het noorden van Italië ontdekte ik het hele alfabet aan veiligheidssystemen: DAW (Driver Attention Warning), FCA (Forward Collision Avoidance Assist), ISLA (Intelligent Speed Limit Assist) en LFA (Lane Follow Assist), en ga zo maar door. Eén knop was echter cruciaal: de ISLA-knop om het systeem uit te zetten. Gelukkig had mijn testauto daar een handige sneltoets voor.
De adaptieve cruisecontrol werkte het best op lege Franse tolwegen. Ja, sommige Duitse of Zweedse concurrenten doen dit nét iets beter, maar kosten dan ook een flinke duit meer. De Sorento houdt een veilige afstand, kan automatisch inhalen en checkt zelfs of ik nog oplet. Wel moest ik even wennen aan de rijstrookassistent, die het stuur ietwat wiegend tussen de lijntjes hield.
Parkeren? Verrassend makkelijk, ondanks zijn formaat. De lichte besturing en het goede zicht door de grote achterruit en slanke stijlen hielpen enorm. En met de optionele 360-graden camera was zelfs het vinden van een plekje in smalle Italiaanse straatjes geen probleem. De dodehoekassistent is een absolute uitblinker. Zodra je je richtingaanwijzer gebruikt, verschijnt er live videobeeld van je dode hoek op het instrumentenpaneel. Superhandig, vooral in een SUV van dit formaat.
Comfort
Ook binnenin zijn er flinke upgrades doorgevoerd. Het dashboard straalt luxe uit, met een breed glazen paneel voor het infotainmentscherm en digitale instrumentencluster. De instapversie heeft analoge meters, maar luxere uitvoeringen, zoals de mijne, hebben twee 12,3-inch schermen. Slimme ventilatieroosters en een aanraakpaneel voor de airco maken het design helemaal af. Toch blijf ik fysieke knoppen handiger vinden.
Apple CarPlay en Android Auto zijn standaard, en Kia’s eigen infotainmentsysteem scoort punten: snel, helder en intuïtief. Extra handig zijn de instelbare sneltoetsen, bijvoorbeeld om rijhulpsystemen met één druk uit te schakelen.
Met de derde zitrij omhoog heb je 179 liter bagageruimte, vergelijkbaar met een Fiat 500. Genoeg voor wat boodschappentassen of een paar koffers, maar daar blijft het bij. Klap je de derde zitrij neer, dan groeit de laadruimte naar 809 liter—groter dan die van de Skoda Kodiaq (780 liter). Wil je maximaal ruimtegebruik? Klap dan beide achterste zitrijen neer voor een indrukwekkende 1.988 liter op een volledig vlakke vloer. En zonder laadlip schuif je zware spullen makkelijk naar binnen. Ideaal voor mijn wasmachine, afzuigkap en een lading gereedschap.
Wat maakt een auto nog meer tot een perfecte reisgenoot? Grote bekerhouders, goed bereikbare ventilatieroosters, talloze USB-C-poorten (inclusief één met voorrangsrechten voor slechte muzieksmaak!) en airco-bediening voor- én achterin.
De echte showstopper was de achterbank: “Deze heeft wél airco achterin!” riep de tiener enthousiast vanaf haar comfortabele captain’s chair. Over die luxe stoelen gesproken: ze bieden zoveel comfort dat het voelt alsof je businessclass vliegt bij KLM. Handig voor powernaps onderweg! (vooral voorin).
Een bijzondere feature is het Driver Talk-systeem. Dit werkt als een ingebouwde intercom, waarmee je via de luidsprekers communiceert met de achterste zitrijen. Perfect om de kids achterin te bereiken zonder te hoeven schreeuwen. Mijn tieners vonden het hilarisch en doopten me tot “de tourbuschauffeur”. Het voegt net dat beetje extra plezier toe aan lange ritten.
De laatste details…
Een opvallende innovatie is het slimme lendensteun-systeem. Zodra je de 120 km/u passeert, wordt de lendensteun automatisch verstevigd. Het klinkt misschien klein, maar het biedt extra ondersteuning tijdens lange ritten en helpt rugklachten voorkomen. Op de Franse tolwegen voelde ik hoe de stoel zich subtiel aanpaste aan mijn houding. Een onverwachte luxe die het verschil maakt.
Tot slot
De (te) slimme automatische achterklep verdient nog een laatste noot. Handig, want hij sluit vanzelf als je wegloopt van de auto. Maar eerlijk? Het kan ook irritant zijn. Tijdens het in- en uitladen ging de klep nét iets te snel dicht, waardoor ik heen en weer moest blijven lopen. Leuk idee, maar in de praktijk soms wat onhandig. Gelukkig kun je dit een druk op de knop onder de achterklep uitzetten.
Value for money
Weet je, soms vergat ik gewoon dat ik in een Kia reed. Zo luxe voelde de Sorento aan. Als het gaat om ‘value for money’, verdient deze SUV absoluut een dikke negen. Een tien geef ik zelden, maar als ik Kia twee tips mag geven…? Voeg meedraaiende koplampen toe aan de optielijst, zorg dat hij iets meer kan trekken in geval je iets zwaars achter je auto moet hangen, en ga voor een iets grotere accu voor een langere elektrische actieradius, zoals sommige concurrenten bieden. Dan zou hij helemaal af zijn. Maar zelfs zonder deze wensen is dit een indrukwekkende alleskunner.
De Kia Sorento als Dynamic Line op de oprit zetten doe je vanaf €56.195. Ga je liever – en hier gaat ook de rijtest over – voor wat extra luxe? Dan kun je kiezen voor de Dynamic Plus Line vanaf €60.295 of helemaal losgaan met de Executive Line, die start bij €64.895. Ik reed in de laatste genoemde, met nog wat extra’s en die ligt op een prijs van €65870 euro. Niet gek, toch?